Evolutie of Schepping? Wat geloof jij? - Een antwoord

De Actie Comité Schepping heeft een brochure gedrukt – Evolutie of Schepping? Wat geloof jij? – voor verspreiding aan alle zes miljoen huishoudens in Nederland. De schrijver probeert de lezer te overtuigen dat de evolutietheorie niet klopt.

Dit is merkwaardig, gezien de evolutie al lang geaccepteerd is in de wetenschap. Het idee van evolutie begon rond 1800 vorm te krijgen. Charles Darwin heeft in 1859 de evolutie een stevige basis gegeven met zijn theorie van natuurlijke selectie. (Dit is vaak simplistisch samengevat als “het overleven van de sterkste” of iets beter als “het overleven van de best aangepaste”.) Daarna volgden vele jaren van debat tussen wetenschappers. Natuurlijke selectie leek overtuigend, maar sommigen twijfelden nog omdat de werking van genen nog niet bekend was. Maar sinds de fusie tussen evolutiebiologie en genetica in de jaren rond 1940 twijfelt nauwelijks enige bioloog meer aan de realiteit van de evolutie. En de biochemische revolutie van de laatste 40 jaar (dat wil zeggen onze kennis van proteïnen en genen) heeft steeds meer bewijs van de werking van de evolutie opgeleverd.

Dus moeten wij ons afvragen: heeft de auteur van deze brochure echt belangrijke gaten gevonden in de evolutiebiologie of is de brochure onzin? Of ligt de waarheid ergens tussenin?

Ik neem de brochure sectie voor sectie door, met dezelfde koppen als de brochure zelf gebruikt. De brochure lijkt vooral voor (oudere) kinderen geschreven, gezien het taalgebruik. Ik probeer mijn taal in dit antwoord dan ook vrij eenvoudig te houden, om het leesbaar te maken voor dezelfde lezers.

1. Onze gedachten bepalen wat wij zien

Deze eerste sectie van de brochure stelt dat wat wij zien in een bepaalde situatie, en wat wij er van begrijpen, hangt af van wat wij al weten. En dat is gewoon waar. Maar de laatste zin neemt een vreemde wending:

“Willen we naar de natuur en de mens kijken als een schepping die door een machtige God gemaakt is, of willen we dat niet?”

Onze manier van kijken naar een situatie is van invloed op wat wij zien; maar de feiten zelf veranderen natuurlijk niet. Wij kunnen naar de aarde kijken alsof hij plat is, of alsof hij bolvormig is – maar de aarde wordt niet plotseling plat omdat wij dat denken.

Alle leven op aarde is via een bepaald proces ontstaan. Hoe wij er naar kijken kan betekenen dat wij dat proces goed begrijpen of slecht begrijpen, maar de feiten veranderen niet. Willen we weten wat echt gebeurd is (en wat nu nog gebeurt) of willen we alleen naar het leven kijken op een manier die ons een plezier doet?

Deze brochure stelt steeds “Denk na!” vragen. Maar soms zijn er betere vragen te bedenken. In deze sectie is de vraag:

Wie zal in een bos meer zien: een boswachter of een kind dat altijd in de stad gewoond heeft?

Het antwoord is duidelijk. Maar laten wij een andere vraag stellen die er veel op lijkt:

Wie zal het leven op aarde beter begrijpen: een bioloog die zijn hele carrière heeft besteed aan onderzoek naar het leven, of een dominee die in zijn leunstoel even iets heeft bedacht?

2. Wie is God?

Deze sectie begint voorzichtig. In de tweede alinea staat “Als de mens door een Schepper is gemaakt ...”. Maar dan meteen in de volgende alinea staat botweg “God die ons gemaakt heeft ...”.

Heeft de schrijver enig bewijs dat wij door ene God gemaakt zijn? Of hoe dat gebeurd is, of wanneer? Kennelijk niet, anders had hij het genoemd. In de wetenschap kijkt men eerst naar het bewijs (waarnemingen, experimenten) en trekt men daaruit conclusies. Maar hier trekt de schrijver zijn conclusie vooraf en gaat dan, zoals wij zullen zien, op zoek naar ondersteuning voor die conclusie.

Maar let ook op hoe deze zin verder gaat: “...maar de mens zal God niet kunnen begrijpen.”. De auteur van deze brochure begrijpt God dus niet, maar wil ons er toch alles over vertellen.

Waarom zou je een brochure sturen naar iedereen in Nederland over een onderwerp dat je toch niet begrijpt?

De ‘denk na’ vraag hier begint “De bijbel zegt dat God de dieren als verschillende soorten geschapen heeft ...”. Maar de bijbel spreekt zich eigenlijk tegen. Genesis hoofdstuk 1 zegt dat God eerst de dieren heeft gemaakt, en daarna de mens. Genesis hoofdstuk 2 zegt dat God eerst de mens gemaakt heeft en daarna de dieren. Geen van beide hoofdstukken geeft details hierover.

Heeft het zin om de bijbel als tekstboek biologie te beschouwen?

3. Soorten wetenschap

Hier gebruikt de schrijver een retorische truc. Hij probeert de geloofwaardigheid van historische wetenschappen te ondermijnen door te zeggen dat er verschillende manieren zijn om naar de Vikingen te kijken. En die zijn er ook. Maar hoe je er ook naar kijkt, de Vikingen hebben gewoon bestaan. En hoe je ook naar de evolutie kijkt, het betekent niet dat de evolutie daardoor niet meer bestaat.

Let ook op de misleidende poging om evolutie te definiëren als puur historische wetenschap. Onze kennis van evolutie berust onder andere op de studie van fossielen, genen, anatomie, fysiologie, vergelijkingen tussen levende wezens, experimenten met vliegen en bacteriën ... allemaal dingen die gewoon in het laboratorium worden onderzocht. In de termen van deze schrijver is evolutiebiologie zeker een technische wetenschap (al gebruiken de meeste mensen de term ‘technische wetenschap’ voor iets anders).

4. Wat gaat vanzelf?

Wat in deze sectie wordt gezegd is op zich niet fout. Het is wel een beetje vreemd dat er wordt gezegd de evolutieleer leert dat de energie die wij nodig hebben van de zon komt. Dat is immers basisbiologie en niet evolutie in het bijzonder. Maar zo belangrijk is dat niet.

Maar de voorbeelden zijn gekozen om de lezer stiekem in een bepaalde richting te duwen. Wat men je wil laten denken is dat complexe levende wezens niet kunnen evolueren uit minder complexe wezens. Maar biologen hebben hier veel onderzoek naar gedaan, en het staat vast dat het wel degelijk mogelijk is.

Hoe zou je naar deze zaak kijken als men andere voorbeelden had gekozen:

Het enige dat nodig is om evolutie te krijgen is:

  1. dat planten en dieren meer jongen krijgen dan kunnen overleven; en
  2. dat de jonge planten en dieren kleine verschillen tonen met hun ouders, die hun kans op overleven kunnen verkleinen of vergroten, en die ze door kunnen geven aan hun jongen.

En wij zien overal dat dit inderdaad voorkomt.

5. Een paar feiten

Nu presenteert “Evolutie of Schepping? Wat geloof jij?” een paar feiten – of wellicht niet.

A. Fossielen

Over fossielen zegt men:

Er zijn ook veel fossielen die er precies hetzelfde uitzien als de dieren die nu nog leven.

Dit is erg misleidend. Van alle fossielen die wij kennen is maar een heel klein percentage precies hetzelfde als moderne dieren, en die zijn bijna allemaal te vinden in de meest recente rotslagen. Zelfs als men een stap terug in de tijd neemt van maar 0,1% van de leeftijd van de aarde, zijn de meeste soorten al anders dan moderne dieren. Ze zijn niet veel anders, maar zeker niet precies hetzelfde. Een klein aantal soorten blijkt vele miljoenen jaren bijna onveranderd te zijn, maar dat komt weinig voor.

De ‘denk na’ vraag hier is:

Bij welk geloof past het beste de vondst van fossiele dieren die precies gelijk zijn aan de dieren die nu nog leven?

Deze vraag negeert dus bijna alle fossielen. Laten we een betere vraag stellen.

Als je weet dat de meest recente fossielen maar een beetje verschillen van moderne dieren, en dat hoe lager je komt in de rotslagen hoe minder de fossielen op moderne dieren lijken, wat is dan de meest voor de hand liggende conclusie?

B. Aardlagen

Hier wil de auteur ons wijsmaken dat de volgorde van de fossielen in de rotslagen het gevolg zou kunnen zijn van een natuurramp:

In de onderste lagen bevinden zich vooral kleine diersoorten die in water leven en bovenin vindt men de grote dieren, maar ook fossiele resten van mensen. ... De kleine diertjes en vissen worden het eerst bedolven. Mensen en dieren vluchten zo goed mogelijk naar hoger gelegen terrein ...

Iedereen die fossielen en geologie heeft gestudeerd weet echter dat dit volledig onmogelijk is. Er zijn vele redenen te geven, maar om dit niet al te lang te maken geef ik maar een paar:

  1. Snelrennende dinosauriërs worden gevonden in dezelfde lagen als grote logge dinosauriërs. Hetzelfde patroon geldt voor andere dieren in andere periodes uit de geschiedenis van de aarde.
  2. Veel koralen worden gevonden in hogere lagen dan de dinosauriërs. Hoe konden de koralen sneller lopen dan de dinosauriërs?
  3. Ook fossiele planten laten een duidelijke volgorde van ontwikkeling zien. Hoe kan een eik harder lopen dan een varen?
  4. De rijkste fossielenlagen zijn gevormd uit fijn sediment (bijvoorbeeld klei-deeltjes) dat laag voor laag op de bodem van zeeën gedeponeerd is. Dit is een langzaam proces dat tienduizenden of zelfs miljoenen jaren duurt en kan nooit het gevolg van een natuurramp zijn.

C. Fossielen die door verschillende aardlagen steken

De auteur wil dat wij geloven dat fossiele bomen, die door verschillende aardlagen steken, de evolutietheorie ontkrachten.

Een paar minuten op de Internet is voldoende om de verklaring hiervoor te vinden. Er zijn twee oorzaken:

  1. Deze bomen groeiden in zeer zachte sedimenten, waar de wortels door de sedimenten naar beneden konden groeien.
  2. Op een klein plek, bijvoorbeeld bij een grote rivier, voor relatief korte tijd, is het mogelijk dat sedimenten veel sneller worden afgezet dan gemiddeld: een paar meter tijdens het leven van een boom.

Wat denk je? Was de auteur van dit stuk te lui om dit op te zoeken, of wilde hij jou misleiden?

D. fouten in schoolboeken

Hier haalt men de controversiële tekeningen van Haeckel aan, uit 1879. Ernst Haeckel heeft terecht gezien dat embryo's van sterk verschillende dieren veel op elkaar lijken. Deze gelijkenissen zijn echt, niet verzonnen zoals deze brochure beweert. Helaas heeft Haeckel, om een bepaalde eigen theorie te ondersteunen, de gelijkenissen sterk overdreven in zijn tekeningen. Dit is niet goed te praten. Maar de evolutietheorie heeft het werk van Haeckel helemaal niet nodig als ondersteuning. De fouten van Haeckel betekenen helemaal niet dat er iets mis is met de evolutietheorie.

Het is niet waar dat veel schoolboeken de tekeningen van Haeckel nog steeds gebruiken. Geïnteresseerde lezers kunnen veel details vinden in de (Engelstalige) pagina Haeckel's Embryos.

Het is ook erg zwak van de brochure om werk uit de negentiende eeuw aan te vallen. Als men de evolutietheorie denkt te kunnen ondermijnen, moet men de evolutietheorie van nu bespreken, niet de theorie van 130 jaar geleden. Er is immers enorm veel in de laatste eeuw geleerd.

Welke bron van informatie is meer betrouwbaar:

6. Conclusie

De conclusie van de brochure

In de conclusie worden de volgende vier stellingen gemaakt.

1. Het is technisch niet te bewijzen of de mens op aarde gekomen is door schepping of door evolutie, want het is een gebeurtenis uit het verleden.

Het bewijs voor de evolutie van de mens is overvloedig en overtuigend. Neem bijvoorbeeld:

  1. de patronen van fossielen, ondersteund door radio-isotoop datering;
  2. anatomische overblijfsels, zoals onze blindedarm;
  3. anatomische vergelijkingen met moderne dieren;
  4. biochemische vergelijkingen met moderne dieren;
  5. de structuur van genen en chromosomen;
  6. biogeografische verspreiding van soorten;
  7. rechtstreekse waarnemingen van het ontstaan van nieuwe soorten.

Om een indruk te krijgen van het bewijs zie de pagina The Scientific Case for Common Descent en de tientallen pagina's waar hij naar verwijst. Ook als je weinig Engels leest, kan je gemakkelijk zien dat het bewijs veel verder reikt dan deze oppervlakkige brochure je zou willen denken. En bedenk dat elke van deze pagina's op tientallen, zo niet honderden, wetenschappelijke publicaties berust. Daar kan geen dominee in zijn leunstoel tegenop.

2. Geschiedenis wordt geschreven vanuit een bepaald standpunt, met een bepaald doel.

Wat zegt dit dan over Genesis?

Evolutietheorie is geen geschiedenis in deze zin, omdat hij niet op het bewijs van door mensen geschreven documenten berust. Evolutiebiologie is een volwaardige wetenschap. Maar zelfs als hij geschiedenis zou zijn, moet men wel met beter argumenten komen om hem tegen te spreken dan men in deze brochure vindt.

3. In de schoolboeken ... probeert men de evolutietheorie aannemelijk te maken. Daarbij gebruikt men feiten die helemaal geen bewijs zijn of zelfs onjuist zijn.

De waarheid van de evolutietheorie wordt helemaal niet door schoolboeken bepaald, maar door het wetenschappelijke werk van vele tienduizenden biologen. Schoolboeken geven een vereenvoudigde beschrijving – bij zulk een groot onderwerp kan dat niet anders – en kunnen weleens fouten bevatten. Maar het is erg onwaarschijnlijk dat schoolboeken zoveel fouten in zes pagina's hebben als deze brochure.

4. U of jij hebt een keuze: geloven wat de evolutietheorie vertelt over de wordingsgeschiedenis van de mens of geloven wat in de Bijbel staat.

Dit is ongeveer hetzelfde als zeggen dat je kunt kiezen of de aarde plat is of bolvormig. Ja, je kunt kiezen om te geloven dat de aarde plat is, maar wat heeft dat voor zin? En je kunt inderdaad geloven dat soorten niet uit andere soorten geëvolueerd zijn, maar dat maakt het niet minder waar.

Mijn conclusie

Wel beschouwd zijn wetenschap en geloof twee helemaal verschillende dingen. Wetenschap is gebaseerd op waarneming en experiment. Geloof is gebaseerd op ... nou, eigenlijk is het niet duidelijk, maar te oordelen naar deze brochure is het gewoon een kwestie van waar je zin in hebt om te geloven.

De evolutietheorie is een van de triomfen van de wetenschap. Hij is bewezen ver voorbij elke redelijke twijfel. Hij leidt ook steeds naar nieuwe inzichten in andere gebieden van de biologie. Niet voor niets hebben meerdere prominente biologen gesteld dat niets in de biologie goed begrepen kan worden behalve in het licht van de evolutie.

Maar nu komen wij tot de kern van de zaak. Let op de woorden “wat de evolutietheorie vertelt over de wordingsgeschiedenis van de mens”. De evolutietheorie heeft betrekking op alle levende wezens. De mens is maar één van de miljoenen soorten op aarde. Maar de auteur is niet geïnteresseerd in de miljoenen soorten en ook niet echt in de evolutietheorie. Waar het hem om gaat is dat hij zich beledigd voelt door het idee dat hij verwant is aan alle andere soorten op aarde. (Terwijl andere mensen dat idee juist inspirerend vinden.)

Deze brochure biedt geen enkel bewijs voor schepping, alleen een handvol oppervlakkige bezwaren tegen de evolutie. En deze bezwaren tonen duidelijk aan dat de schrijver evolutiebiologie niet begrijpt, en eigenlijk niet wil begrijpen.

Toen Galileo de manen van Jupiter ontdekte, waren er religieuze mensen die weigerden dat te geloven, en die weigerden door zijn telescoop te kijken. Helaas zijn er nog steeds mensen die weigeren naar het bewijs van de evolutie te kijken, en die hem afwijzen op basis van vooroordelen.

In samenvatting: de wetenschap is een manier om over de wereld te leren. Het creationisme is een manier om onwetend te blijven.

Deze brochure is verspreid naar alle zes miljoen huishoudens in Nederland. Hoeveel zal dat gekost hebben? En wat had je beter met dat geld kunnen doen?